Beoordeling verzoeken tot aanpassingen in KringloopWijzer

ZuivelNL onderkent het belang van het kunnen aanpassen van de rekenregels in de KringloopWijzer (KLW) die uiteindelijk kunnen resulteren in een aanpassing van een generieke emissiefactor naar een product-specifieke* factor. Nieuwe producten, met een positief besluit tot implementatie, worden ingebouwd in de KringloopWijzer.

Beoordeling nieuwe producten

Bij beoordeling van de klimaat- en milieuemissies van nieuwe producten wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van al bestaande instituties en protocollen:

  • Algemene adviezen en de beoordeling van nieuwe (grondstoffen voor) meststoffen door de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM).
  • De emissieberekeningen door de CDM werkgroep Nationaal Emissiemodel voor Ammoniak (NEMA).
  • Nieuwe ammoniakemissiefactoren van huisvestingssystemen opgenomen in bijlage 1 van de Regeling Ammoniak en Veehouderij (Rav).

* In de KringloopWijzer is niet de productnaam uniek maar de werkzame stof of het werkingsmechanisme dat invloed heeft op de emissies of uitspoeling.

Beoordelingscriteria

Bij het opnemen en inbouwen in de KringloopWijzer hanteren wij de volgende beoordelingscriteria:

  • Effectiviteit (in welke mate leidt dit product tot minder milieuemissies op bedrijfsniveau).
  • Het product heeft geen negatief effect op andere factoren zoals diergezondheid en dierenwelzijn, voedselveiligheid en melkkwaliteit.
  • Het huidige (en mogelijk toekomstig) gebruik in de melkveehouderijsector.
  • Kosten van aanpassing van de programmatuur.
  • De mate waarin de invoergegevens uitgebreid moeten worden (gebruikersgemak) en geborgd kunnen worden.

U vindt het formulier voor het indienen van uw aanvraag onderaan deze pagina.

Afbakening

Bij een besluit tot inbouw in de KringloopWijzer is de borging van de werking van belang. ZuivelNL gaat ervan uit dat het nieuwe product wordt toegepast conform de gebruiksvoorschriften. ZuivelNL draagt geen verantwoordelijkheid voor de borging van deze toepassing.

Richtlijnen betreffende gevraagde informatie

Deze richtlijnen geven niet aan welke informatie vereist is, maar geven (toekomstige) aanvragers een indicatie voor de onderbouwing van een aanvraag. Hoewel een deel van de richtlijnen specifiek betrekking heeft op een veevoeradditief zijn ze ook relevant voor andere producten.

1. Werkingsmechanisme product
Beschrijving van de actieve component(en) in de samenstelling met mogelijke werking op de emissiereductie.

2. Wijze van toediening
Geadviseerde toediening en dosering bij het geclaimde resultaat. Bij verwerking in het mengvoer zijn fabrikanten ook geïnteresseerd in de stabiliteit, persstabiliteit en homogeniteit van het product.

3. Effect van toevoeging van het product aan het voer op de emissiereductie

  • Proeven uitgevoerd met melkgevende koeien op een gemiddeld tot hoog productieniveau.
  • Wetenschappelijk uitgevoerde en bij voorkeur in peer reviewed journals gerapporteerde proeven.
  • Goede en gedetailleerde beschrijving proefopzet inclusief rantsoensamenstelling, lichaamsgewicht en volledige weergave resultaten.
  • Gevalideerde en betrouwbare meetmethode van methaanproductie.
  • Na een aanpassingsperiode een meetperiode van minimaal 8 weken met weergave van verloop in de tijd ter beoordeling van persistentie van de reductie. Het is belangrijk te kunnen beoordelen of het product een tijdelijke of permanente werking heeft.
  • Significante (p< 0,05) daling van de emissiereductie per kg droge stof opname.
  • Effect op opname, verteerbaarheid, melkproductie, diergezondheid en melkkwaliteit.

4. Melkkwaliteit
Het is aan de aanvrager te onderbouwen in hoeverre het product mogelijk invloed heeft op de kwaliteit (inclusief smaak en geur) en verwerkbaarheid van de melk.

Hierbij gaat het enerzijds om de reguliere onderzoek parameters van boerderijmelk betreffende samenstelling (zoals vet-, eiwit- en lactosegehalte) en kwaliteit (zoals cel- en kiemgetal, sporen, vriespunt, ureum en vrije vetzuren). Anderzijds gaat het om mogelijke aanvullende analyses, zoals melkvetsamenstelling (individuele vetzuren) en residuen/metabolieten van het additief. Bij het (deels) ontbreken van deze informatie, wordt een 'expert opinion' op prijs gesteld.

5. Effect op overige klimaat- en milieuemissies
Hierbij denken we aan inzicht op andere klimaat- en milieuemissies op bedrijfsniveau om te voorkomen dat het gebruik van een product de klimaat- en milieuemissie van een bepaalde stof vermindert, maar tegelijkertijd de uitstoot van andere verhoogt.

Aanvraagformulier

Stuur een samenvatting in het Nederlands mee (maximaal 2 A4) waarin:
  • Een korte beschrijving wordt gegeven van het product en de wijze van toediening.
  • De werking, effectiviteit (in welke mate leidt dit product tot minder klimaat- en milieuemissies op bedrijfsniveau zonder negatieve effecten op andere bedrijfsfactoren) en de verwachte aanpassing van de KringloopWijzer (inclusief benodigde invoer). Om bedrijven die een aanvraag (willen) indienen is een aantal richtlijnen bijgevoegd betreffende wenselijke informatie.
  • Het huidige (en mogelijke toekomstige) gebruik in de Nederlandse melkveehouderij.

* Verplicht veld